In september zijn twee rapporten verschenen: de monitor Duurzaam Nederland 2011 en het rapport Alders Van mega naar beter, over de resultaten van de maatschappelijke dialoog over megastallen. Beide rapporten hebben betrekking op duurzaamheid in de brede zin van het woord.

 
Bij duurzaamheid gaat het volgens Herman Wijffels in de kern om het streven naar een hogere kwaliteit van relaties, van verbindingen: tussen mensen onderling, tussen mens en de natuur en tussen de huidige en toekomstige generaties. Het is ook verbinding maken met het zelf, waarbij vragen over het waarom van ons bestaan zich aandienen. Oude vragen, aldus Wijffels,  die nieuwe antwoorden nodig hebben en die ons naar een duurzame leefstijl op alle niveaus van de samenleving kunnen brengen, van individu tot mondiaal. Deze omschrijving van het begrip duurzaamheid  spreekt mij aan. Bij duurzaamheid gaat het om zingeving, om verbondenheid met medemensen, om respect, aandacht en vertrouwen. Om het leven in harmonie en evenwicht met de aarde en haar natuurlijke rijkdom. Om waarde denken.

In de Monitor Duurzaam Nederland 2011 wordt duurzame ontwikkeling bekeken aan de hand van de kwaliteit van leven hier en nu in relatie tot de kwaliteit van leven later en elders. Dit rapport geeft aan dat de huidige kwaliteit van leven in Nederland en dus ook in onze gemeente hoog is, maar blijft dit zo? Welke hulpbronnen kunnen onze kinderen en kleinkinderen nog inzetten en met welke problemen wereldwijd krijgen zij te maken? De monitor geeft aan dat huidige en komende generaties met klimaatverandering, de overheidsschuld, de toenemende kosten van de gezondheidszorg, het matige opleidingsniveau en de achterstand van niet-westerse allochtonen te maken krijgen. Onze huidige welvaart en ons welzijn gaat ten koste van de welvaart en het welzijn van onze kinderen en kleinkinderen en ten koste van welvaart en welzijn in ontwikkelingslanden. De huidige generatie legt beslag op natuurlijke hulpbronnen, mineralen en landbouwgrond in Nederland en in het buitenland.

De in dit rapport genoemde problemen staan niet op zichzelf maar hangen met elkaar samen. Steeds  meer wordt duidelijk dat we de uitdagingen waar de economische crisis ons mee confronteert niet op kunnen lossen als we blijven denken vanuit het ‘oude’ economische systeem. De economische crisis komt niet alleen, de mensheid staat ook een ecologische crisis te wachten, de poolkappen en gletsjers over de hele wereld zijn aan het smelten, oceanen warmen op en de waterspiegel stijgt. Door de klimaatverandering zijn we geconfronteerd met voedseltekorten, overstromingen, droogte, bosbranden, het uitsterven van diersoorten het verlies van gewassen… De opwarming van de aarde is een probleem in de orde van grootte die de mensheid  nog nooit eerder heeft gezien. De natuurlijke hulpbronnen kunnen niet meer worden omgezet in rijkdom en weelde en in winst maar zullen eerlijk moeten worden verdeeld.

Uit de publieke dialoog over megastallen  blijkt dat er maatschappelijk steeds meer weerstand tegen  intensieve veehouderij met haar grote veeschuren op het platteland bestaat. Burgers maken zich zorgen over dierwelzijn en volksgezondheid. Conclusie van het rapport van Alders  is dat doorgaan op de oude weg geen optie is.  De veehouderij wordt door  schaalvergroting een industrietak en staat ver af van een weiland met vee. De veehouderij moet veranderen. Opmerkelijk  is dat het rapport toch concludeert dat de schaal er niet toe doet: de megastal mag als extra investeringen gedaan worden wat betreft dierwelzijn en gezondheid.  Maar deze dialoog is toch juist opgezet omdat er volgens staatssecretaris Bleker een grens moet komen aan de ongebreidelde groei in deze sector? De LTO is op zich wel tevreden met het rapport en vindt dat welke schaalvergroting wel en niet kan, zich niet laat vatten in maxima aan aantallen dieren of de precieze omvang van een stal. Het gaat in eerste instantie om dierwelzijn, milieu en volksgezondheid. Milieudefensie denkt daar anders over en vindt dat een landelijk verbod op megastallen kan bijdragen aan een werkelijk duurzamer en diervriendelijker sector.  Zij geeft aan dat hoe groter de stal, hoe meer dieren erin, hoe meer mest en meer ammoniakproductie. Hoe groter de stal hoe moeilijker het wordt om aan welzijnseisen voor dieren tegemoet te komen. Hoe groter de stal des te groter het gebruik van antibiotica met alle gevaar dat bacteriën resistent worden. Relevant in dit verband is de eerder genoemde constatering van de monitor duurzaam Nederland 2011 dat Nederland een relatief groot beslag op de natuurlijke hulpbronnen elders in de wereld legt, zoals landbouwgrond. Dit betekent onder andere dat  veevoer voor onze intensieve veehouderij verbouwd wordt in Zuid-Amerika en Afrika. Ethisch is het niet te verantwoorden om landbouwgrond te gebruiken voor vleesproductie. Op dit moment al lijden 1 miljard mensen in de wereld honger,  tegelijkertijd  kampen 1 miljard mensen met obesitas.

Gaat het in deze twee rapporten ook over ons  en onze gemeente?
Ja want beide rapporten gaan over duurzaamheid en de keuze van overheden en burgers daarin.
Het zien van de verbanden tussen klimaat, milieu, veehouderij, overheidsschulden en leefstijl  lokaal en mondiaal maakt duidelijk dat oude systemen niet meer voldoen,  dat we met elkaar en met ons hart moeten gaan zoeken naar nieuwe duurzame manieren van leven. Voor onszelf maar vooral voor onze kinderen en kleinkinderen.

Rapport Alders: Van mega naar beter, rapportage over de maatschappelijke dialoog over schaalgrootte en toekomst van de veehouderij

Monitor duurzaam Nederland 2011

Sander G. Tideman : Mind over matter
Van zeepbelkapitalisme naar
economie met een hart