Bussen Belgische 'De Lijn' rijden dit jaar nog op plantenolie

“De Lijn doet grote inspanningen om de Kyoto-doelstellingen te halen”,
zegt Kathleen Van Brempt. “Dit jaar rijden nog 20 bussen op pure
plantenolie (PPO) en volgend jaar komen er daar nog eens 50 bij.”
Daarnaast zullen alle overige bussen van De Lijn vanaf 2006 op
biodiesel rijden.



Twintig bussen van De Lijn rijden dit jaar nog op pure plantenolie
(PPO), meer bepaald op koolzaadolie. “Dat vormt een grote bijdrage aan
de milieudoelstellingen”, aldus de Vlaamse minister van Mobiliteit.
“PPO is CO2-neutraal. Dat wil zeggen dat de koolzaadteelt de
CO2-uitstoot van een PPO-bus neutraliseert. Koolzaad neemt namelijk CO2
uit de lucht en zet het om in zuurstof. In 2006 komen er nog eens 50
bussen bij die op koolzaadolie zullen rijden.”



Van Brempt vraagt de Vlaamse boeren en minister van Landbouw Yves
Leterme om extra koolzaad te telen. “Op dit moment verbouwen de Vlaamse
boeren ongeveer 85 hectare koolzaad. Een PPO-bus rijdt per jaar op
ongeveer 10 hectare. Dat betekent dat er vandaag maar 8 bussen op
Vlaams koolzaad kunnen rijden. Omdat De Lijn de garantie biedt om een
grote afnemer van koolzaad te zijn, is het voor de boeren interessant
om hierop in te spelen.”



Naast de bussen op koolzaadolie zullen alle overige bussen van De Lijn,
een 2000-tal, vanaf volgend jaar rijden op biodiesel. Biodiesel is een
mengvorm van gewone diesel en diesel op basis van plantenolie. “De
federale regering keurde een accijnsverlaging van 2,45 procent goed”,
weet Van Brempt. “Daardoor zullen alle bussen vanaf 2006 op 2,45
procent biodiesel rijden.” De minister is zelf vragende partij om
bussen zelfs op 5 procent biodiesel te laten rijden, maar daarvoor is
wel een accijnsverlaging tot 5 procent vereist.



Ook de roetfilters die De Lijn op haar bussen aanbrengt, helpen de
milieudoelstellingen te realiseren. “Met een roetfilter vermindert de
roetuitstoot met ongeveer 90 procent en de CO-uitstoot met 98 procent.
Bijna 500 bussen hebben vandaag een roetfilter. De Lijn zal blijven
investeren in het plaatsen ervan.”



“De beste manier om Kyoto te halen is zoveel mogelijk de overstap te
maken van de auto naar het openbaar vervoer”, besluit Van Brempt. “Een
bus die op gewone diesel rijdt is sowieso al milieuvriendelijker dan
een auto. Investeren in openbaar vervoer, zodat meer mensen de auto
thuislaten, is en blijft de beste Kyoto-maatregel.”